Toine Manders bezorgd over huisvesting arbeidsmigranten: 'Gevaar voor volksgezondheid'
BRUSSEL – Europarlementariër Toine Manders pleit voor een Europese standaard voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Volgens de Heusdenaar laat de coronacrisis zien dat er op dat gebied nog veel te winnen valt. “Soms grenzen de omstandigheden aan moderne slavernij, en tegelijkertijd kunnen we zo oneerlijke concurrentie op de arbeidsmarkt tegengaan.”
De huisvesting van arbeidsmigranten is sinds de coronacrisis opnieuw onderwerp van gesprek. Vaak leven werknemers met velen in één woning en hebben ze nauwelijks privacy. Ook bij de bestrijding van de huidige pandemie zorgt dat voor de nodige problemen. Waar Nederlanders lange tijd enkel met gezinsgenoten in aanraking mochten komen, leefden veel werkers uit met name het Oostblok op een kluitje bij elkaar. De gevolgen daarvan werden zichtbaar bij onder meer de slachthuizen Van Rooi Meat in Helmond en Vion in Boxtel, waar een groot deel van het personeel corona bleek te hebben. De bedrijven werden daarom als mogelijke ‘brandhaard’ gezien en Van Rooi Meat moest zelfs enkele weken gedwongen gesloten blijven.
'Diegenen die mensen tewerkstellen moeten voor goede huisvesting zorgen en de consequenties dragen als dat niet gebeurt'
Volgens Europarlementariër Manders brengt de crisis daarmee opnieuw problemen aan het licht. “Op sommige plekken is de huisvesting niet menswaardig en grenst het aan moderne slavernij. Een kamertje van twee bij vier meter voor twee volwassenen en onvoldoende sanitaire voorzieningen, dat is niet meer van deze tijd. En het blijkt een gevaar voor de volksgezondheid”, aldus de CDA’er. Manders hekelt de constructie waarbij bedrijven via uitzendbureaus buitenlandse krachten hiernaartoe halen. “Ik ben niet tegen de inzet van arbeidsmigranten, want die hebben we nodig. Maar het moet menswaardig zijn en mag niet voor oneerlijke concurrentie zorgen.” Soms is dat echter wel het geval. Arbeidsmigranten zijn dan verplicht via de werkgever of het uitzendbureau huisvesting en vervoer af te nemen, waardoor een deel van het inkomen terugvloeit naar die partijen. “Ze houden dan van de 400 euro per week nog 250 euro over. Nederlanders komen daardoor niet aan bod, die gaan niet voor 250 euro per week werken. Dat is oneerlijke concurrentie, de overheid moet niet meewerken aan dat soort praktijken.”
Wetgeving
Daarom dat Manders de Europese Commissie vorige week opriep de interne markt te optimaliseren en een Europese standaard voor de huisvesting van arbeidsmigranten op te stellen. “Eurocommissaris Schmit heeft inmiddels toegezegd een onderzoek in te stellen naar wat die standaard moet zijn en met richtlijnen te komen. Als landen deze richtlijn vervolgens onvoldoende oppakken, dan volgt er wetgeving.” Daarbij moet er volgens de Heusdenaar meer verantwoordelijkheid bij de werkgever komen te liggen. Nu kunnen die zich bij misstanden nog verschuilen achter bijvoorbeeld het uitzendbureau. “Diegenen die mensen tewerkstellen moeten voor goede huisvesting zorgen en de consequenties dragen als dat niet gebeurt.” Manders benadrukt daarbij dat hij zich op de ‘rotte appels’ richt. “Want op heel veel plekken gaat het gewoon goed hé.”
De Europarlementariër ziet een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten. Want eventuele wetgeving ten spijt, het levert niets op als er niet wordt gecontroleerd en gehandhaafd. “De belastingbetaler betaalt dan uiteindelijk het gelag. Oneerlijke concurrentie maakt dat er meer Nederlanders zonder werk komen te zitten, de gemeenten moeten dan meer sociale uitkeringen uitbetalen.” Daarom pleit Manders eveneens voor de invoering van een Europees systeem voor rechtshandhaving op dit gebied.